woensdag 21 september 2011

Opbouwende kritiek aan Anton Molenaar

Ik zou Anton Molenaar graag bemoedigend toe willen spreken. Ik zou hem willen zeggen: 'Goed zo jongen, je opstel begint al echt ergens op te lijken. Maar je bent er nog niet hè, dus ga vooral zo door.' Ware het niet dat Anton Molenaar gewoon een vent van middelbare leeftijd is en geen student.

Als woordvoerder van kunst en cultuur voor Leefbaar Rotterdam heeft hij een verslag (pdf) geschreven waar de honden geen brood van lusten. Het is werkelijk een zeldzaam stuk broddelwerk. De strekking van dit schaamtevolle prul is: omdat er bezuinigd moet worden op kunst en cultuur moeten instellingen uit de cultuursector objectief beoordeeld worden om zo de hoogte van hun subsidie vast te kunnen stellen. Die Anton Molenaar, wat een licht! Hij heeft het zwarte garen uitgevonden, toen het witte al bestond. Dat bezuinigen op de schone kunsten is daarbij helemaal niet erg, want 40% van de Rotterdammers komt toch al niet of nauwelijks in aanraking met cultuur.

En alsof die constatering nog niet genoeg is, bedenkt Molenaar in één ruk door een objectief beoordelingsmodel. Let wel: objectief! Dus geen vage termen meer als 'talentontwikkeling', maar concrete terminologie als 'waarde (artistiek)', 'uniciteit' of 'nadruk college'. Kortom keiharde termen die bruikbaar zijn om instellingen objectief te beoordelen. Hoe komt hij erop! Hij maakt zo ons leven wel erg makkelijk.

De eerste objectieve term (of factor, zoals professor in de weetnietkunde Molenaar die noemt) is 'behoefte'. Want zoals hij concludeert: 'anno 2011 zien we vaak dat het aanbod zeer hoog is, maar de vraag zeer beperkt. Dat resulteert in halfvolle en lege zalen. Dit geldt ook voor verschillende musea.' Omgekeerd geredeneerd hebben veelverdieners als Frans Bauer en Jan Smit met hun volle zalen dus juist recht op het volle pond aan subsidie.

Dat was natuurlijk een geintje, een kwinkslag mijnerzijds. Dat zal Molenaar vast wel begrijpen. Toch? En sowieso: wat is er eigenlijk mis met zulke muziek? Der Anton aus Tirol. En allemaal inhaken!

Daarbij is er helemaal geen behoefte aan cultuur, want 40% van de Rotterdammers zit toch al liever voor de lcd-verrekijk of de plasma-treurbuis. Nee, Anton Molenaar vergast ons liever op zijn wikipedia-kennis: 'Toen de Amerikaan Robert Parker Jr. echter de grand cru’s begon te waarderen op een schaal van 50 tot 100, is een ware wijnrevolutie ontstaan'.

In Molenaars verslagje van maar liefst 1992 woorden (al is dat inclusief de cijfertjes die hij gebruikt) wordt echter met geen woord gerept over het onderwijs. Terwijl het toch de schuld is van dat gebrekkige onderwijs waarom er nu nauwelijks 'behoefte' (harde term!) is aan de schone kunsten. Wie namelijk niet in aanraking komt met de schone kunsten heeft daar geen weet van en zal daar dan ook nooit behoefte aan hebben.

Beste Anton, kerel, ik moet je toch even bemoedigend toe spreken. Ik moet je zeggen: 'Zet jezelf niet langer voor schut. Distantieer je van kunst en cultuur, nu het nog kan. Misschien kan je je beter bezig houden met onderwijs en dan niet in de gemeenteraad, maar gewoon in de schoolbanken.

Daniël Dee

Geen opmerkingen: